juli 21, 2010
21 Juli
Om 7.30 wakker, Muhammed laadt houtblokken uit. Biba sproeit de tuin. Ik sta om 8.00 op. Ik check mijn audio recorder, mijn videocamera, of alle batterijen geladen zijn. Vandaag interview met de vrouwen van Konjevic Polje en Kravica en misschien ook met Darko van de OHR. Ik selecteer de foto s die ik op de weblog wil gaan zetten. Boterhammen smeren, een snelle douche. We lopen naar Hilda, drie huizen verderop. Ze rijdt en tolkt ons. Onderweg even kletsen met Nisfeta en haar man. Ze wonen in de buurt van Den Bosch. De helft van Redici (het dorp waar we slapen) woont deels in Nederland. Toen ze hier verdreven werden, in 1992, ging er een bus van het Rode Kruis naar Nederland. Vandaar. Nisfeta s zoon trouwt zaterdag en we worden ook uitgenodigd! Eindelijk, mijn eerste Bosnische bruiloft. Bij Forum Zena wachten op de sleutels. We zijn iets te laat binnen. De taxi chauffeur brengt de kinderen uit Glogova. Een jongetje is vergeten, Samira gaat hem ophalen. We starten twintig minuten te laat met nog 3 afwezige kinderen. Die druppelen later binnen. We doen de “walk in space”: tegelijk lopen, de ruimte vullen, tegelijk stoppen, vallen, of doorlopen terwijl twee gaan zitten. Hiervoor moeten ze goed op de groep concentreren. Het lukt niet in stilte, maar het gaat vrij goed. Daarna de “mantel”: twee leiders, de groep volgt als een mantel die erachter uitwaaiert. Ze moeten met Kung Fu bewegingen zich steeds opnieuw tegenover elkaar plaatsen. Lunchpauze: we smeren 8 sandwiches met kip en ketchup, in de toaster. De man van de ruimte die we gaan huren, een koffiehuis voor gepensioneerden, komt om te overleggen. We kunnen erin voor 100 euro. Goeiedag. Twee middagen. Best duur voor hier, maar het zij zo. Na de pauze maken ze hun maskers af, een “dark face” en een “bright face”. Ze zijn erg mooi. Ze krijgen de foto’s terug, er wordt gretig in gekeken. We snellen met de taxi naar Konjevic Polje om de tolk op te halen en dan terug naar Kravica, waar we Nada, Ifeta en Jelika van de organisaties Maja en Jadar ontmoeten. In de taxi bel ik Darko: de burgemeester van Bratunac ontvangt me graag aanstaande maandag. Afspraak gelukt en ik mag m ook nog op video zetten. Kravica (servisch) en Konjevic Polje (moslim) hebben ernstig geleden in de oorlog , maar de vrouwen werken samen. Juist omdat ze hetzelfde hebben meegemaakt. We luisteren en beseffen ons hoe zwaar deze kleine dorpen het hier hebben. Er is flinke armoede, zeker in de winter. De sociale bijstand voor de allerarmsten is 20 euro per drie maanden. Een deel van de kinderen kan niet naar de middelbare school, ze kunnen de bus niet betalen. Maja en Jadar hebben een folder gemaakt, een kieswijzer, met daarin de rechten van de mens, wat de koran, de bijbel, Nelson Mandela en Martin Luther King zeggen. Ze hebben 600 vrouwen geinterviewd over hun werkelijke behoeften. Dit document gaat naar de politici. Helaas weten de politici toch nog veel angst te verspreiden. Velen stemmen uiteindelijk niet voor de vooruitgang, uit angst niet meer bij de eigen groep te horen. Er is fraude. Stemmen worden gemanipuleerd, alle niet opgehaalde stemformulieren worden stiekem toch ingevuld door mensen van het stembureau. Ifeta heeft met haar zus 6000 kippen. Ze heeft haar bedrijfje succesvol weten te maken. Heel Bosnie eet haar kippen. Ze gaat de schaal vergroten naar 30.000 kippen. Ze neemt de vrouwen uit Konjevic Polje in dienst, zodat de hele gemeenschap deelt in het succes. Zelf houden ze een normaal loon. Ze zouden ook rijk kunnen worden. Nada vertelt over het kamp in Kravica, waar nog steeds Servische vluchtelingen leven die niet meer terug kunnen naar hun huizen elders in Bosnie. Een deel leeft al 15 jaar van de 20 euro per drie maanden en verder wat ze bij elkaar vinden. “Als jullie daar nu binnenlopen, duikt iedereen op je af”. Bizar dat hier nog steeds vluchtelingenkampen zijn. Ze vertellen dat ze licht jaloers waren dat onze workshop in Bratunac was beland en niet bij hun kinderen. We leggen uit dat het al lang in onze planning staat, we komen in de winter naar hun. Zodat we het met de ouders, de moeders kunnen combineren. Ze vragen naar Mama Cash waar ik ze de vorige keer over vertelde. Ik heb ze alle aanvraagformulieren gemaild, met een brief in het Bosnisch. Het is toch niet aangekomen. Dat vreselijke internet hier. Gelukkig zit het op USB stick in mijn tas. Ik laad het op hun computer en hoop dat hier een zak met geld naar toe komt.
Met de taxi snel naar de OSCE. Ilil doet de supermarkt. Morgen krijgen de jongeren een barbecue bij de Drina. Bij de OSCE spreek ik de directeur. Een verzoek voor een interview moet hogerop in Tuzla worden toegestaan. Ik vertel hem mijn hele project. Hij vindt het speciaal. Ik besef me weer hoe maf dit moet klinken. Iemand uit Holland die Bratunac als onderwerp neemt voor een voorstelling. Maar het wordt snel duidelijk hoe interessant het kan worden. Alleen, de OSCE is een politieke organisatie. De snel opgehaalde oplader voor de camera kan in de tas blijven. Er moet eerst een (hopelijk snelle) procedure gestart worden om het interview toe te staan. Onderweg naar het internet cafe koop ik een zomerjurk. In het kleinste kledingwinkeltje waarin ik ooit geweest ben. Neno, onze taxi chauffeur zwaait vanaf het terras. Een andere ook. De fase van het op straat begroeten is begonnen. We beginnen bij het straatbeeld te horen. In het internet cafe de zoveelste struikel. De computers hebben geen Microsoft Word. Mijn in de diepe nacht voorbereidde weblogtekst kan ik niet copy pasten. Ik schrijf de mail naar OSCE Tuzla. Ik schrijf dit bericht. Halverwege is mij konto op en valt de computer uit. Gelukkig, het bericht is niet weg. Dan ga ik zodadelijk met mijn laptop en mobiele internetstcik van 40 euro toch nog proberen de teksten erin te copy pasten. De mobiele stick werkt namelijk niet in Redici, waar we slapen. Maar wel hier. De foto’s komen later, omdat het een half uur duurt er 1 in te laden. Het is 19.30, de zon brandt nog. Ik ga opschieten, om nog enig sociaal verkeer thuis te hebben en mijn zus te bellen. Want die is jarig vandaag.